De mogelijkheden en onmogelijkheden bij het trainen en werken met deze dieren. Met opzet gebruik ik het woord dieren want in de 30 jaar dat ik met dit ras verweven ben heb ik één ding geleerd: er zijn katten en honden daar tussen zit een chow-chow. De Chow heeft veel van een hond maar evenveel van een kat, misschien ligt hier het begin van zijn ontstaan toch die klein beer uit centraal China, wie zal het zeggen. Voor een kenner van het ras zijn in ieder geval de katachtige trekjes herkenbaar. En daar kom ik dan meteen bij de voor trainers van KC's en Hondenclubs moeilijkste karaktertrek die de chow-chow heeft. Wanneer je als trotse bezitter van een chow-chow belt om met jou pup naar een puppy cursus te gaan, krijg je negen van de tien keer het volgende antwoord " een Chow-Chow, vergeet het maar die leren toch niets”. Gelukkig is niets minder waar, alleen het vergt een andere aanpak/ houding van de trainer dan bij "gewone honden", het verwachtingspatroon ligt anders, je zult nooit een hond krijgen die aan de voet volgt, op commando af gaat, kortom de eisen die aan de gemiddelde ( hond) cursist gesteld worden. Wat ik zelf gedaan heb - zijn bij gebrek toentertijd aan behoorlijk materiaal over het hebben van een chow-chow in het algemeen- het tijdens mijn opleiding verkregen vermogen om te observeren dubbel en dwars gebruiken. Met het gegeven dat je een trotse, niet gauw te imponeren met oosterse inslag behepte hond hebt, leverde na een mislukte start ( ik ging nog te veel uit van de gewone hond) steeds veel informatie op. Hoewel ik toch nog wel in de "ik wil dat je NU voorkomt", fout verval, hebben wij zeer goed luisterende chow-chows. Wat kun je met een Chow Chow Veel, maar wees consequent en geduldig. Allereerst zo vroeg mogelijk beginnen met allerlei dagelijkse dingen te leren bijv. wil je dat ze zitten voor dat je ze eten geeft, of bij het oversteken van de straat, tanden bekijken, oren controleren leer ze dit rustig ( dat is meestal gemakkelijker gezegd dan gedaan) met veel belonen. Prijs je pup met een overdreven vriendelijke stem de hemel in, met boos worden en gebruik van macht bereik je uiteindelijk niets. Laat een Chow nooit merken dat je haast hebt en/of eigenlijk geen zin, ze zijn prompt onhandelbaar, ongehoorzaam en super langzaam. Wek (met gebaren) via hard en zacht naar zeer zacht praten hun natuurlijke nieuwsgierigheid op, maak iets spannend, laat merken dat jij er plezier in hebt. Een met één van onze kortharen gevolgde G en G en behendigheid verliep prima door gebruik van die toonsoorten en gebaren te maken. Met een chow is het heel belangrijk dat er een goed 'oogcontact' is. Als een chow-chow op de cursus een oefening reeds één keer goed heeft gedaan, verwacht dan niet dat hij het nog eens doet. Net zo min als oefeningen thuis doen, die doe je op de "cursus". Mocht de instructeur een chow gebruiken om een oefening mee voor te doen, kijk niet verbaasd als de chow na een paar stappen geen poot meer verzet, er is n.l. een ander aan de andere kant van de lijn. Vergeet het commando "kom hier", maar gebruik "blijf", het klinkt misschien gek maar hier door lijdt jij geen gezichtsverlies, door als een steeds bozer wordende baas "kom hier", te blijven roepen. De chow lijdt geen gezichtsverlies door niet naar je toe te komen, het is een perfect commando en door ons als één van de belangrijkste geadviseerd. Een chow zal nooit zomaar iets doen, alles zelfs het spel is serieus, dus een opdracht waar zij absoluut het nut niet van inzien, vergeet het maar. Tenzij zij daar de baas een plezier mee willen doen, ach vooruit dan zijn wij genegen. Alleen ga IK nooit zonder reden op mijn rug liggen, zeker niet in een situatie waarin ik op mijn hoede moet zijn, waakhond van oorsprong. Nat gras, daar ga ik niet op lopen of liggen, beneden mijn waardigheid, al zou ik zo in een sloot, meer of de zee stappen maar nat gras, bah. Rustig naast aan de lijn is een moeilijke opgave voor een chow- chow, zij willen altijd een meter of zo voor je lopen, het lukt de ene keer beter dan de andere meestal blijft het een strijd, inclusief wurgketting/ halty, van jaren. Er is zoveel te zien, ze zijn zo nieuwsgierig. Leer een jonge chow (13 maanden) naast de fiets te lopen, na verloop van tijd blijkt dan wel of hij er zin of absoluut geen zin in heeft. Buiten los naast is vragen om moeilijkheden op het moment dat zij "wild" in de ruimste zin van het woord in hun voortreffelijke neus opvangen of met hun scherpe blik zien, gaan de oren dicht en lijkt het alsof er een ongeleid projectiel naast je afgaat, ze zijn weg en komen pas weer na geruime tijd, met of zonder buit meestal op de plaats waar ze zijn verdwenen terug. Buit hun vermogen om te jagen uit, of zoals ik tot ontdekking kwam, ze lopen een sleepspoor zonder training en na training een zweetspoor van 500 meter, 24 uur oud, alleen aan een touw en hopelijk ligt de buit goed verstopt. Een chow spot, met neus en ogen, een haas / konijn, op het veld of in de duinen, een eekhoorn of hert/ ree in het bos of op de heide, zij verraden zich dan door hun oren zeer actief te bewegen, laten de staart zakken ( minde zichtbaar) en zijn klaar voor de jacht, een jacht om te doden. Zij leren jou om aandacht voor de omgeving te hebben, wel is waar uit eigen belang, een onverwachte ruk aan de riem is niet echt leuk. Apporteren doen jonge chows eigenlijk al van een zeer vroeg stadium, helaas wordt dit later niet meer geoefend en gaat het als spel verloren, als echt komt het terug op het moment dat er een prooi gevangen is en deze voor de voeten van de roedelleider gelegd, af gegeven wordt (kat). Sommige chows vinden zwemmen heerlijk, zwemmen en apporteren van de in het water gegooide stokjes behoorde tot de geliefde bezigheid van één van onze eerste kortharen.
Het trainen en werken met de Chow Chow.
Dus er is genoeg te doen met de Chow
van Juttersburch.